Het kabinet wil in 2023 zo’n € 15 miljard uitgeven aan maatregelen om de koopkracht te repareren. Dit melden bronnen rond het Binnenhof. De reparatie zou deels gefinancierd moeten worden door verzwaring van de lasten voor de ondernemer.

Welke maatregelen worden verwacht om de koopkracht te verbeteren?

Koopkrachtreparatie

Stijging minimumloon met 10%
De voorgenomen verhoging van het minimumloon wordt naar voren gehaald. In plaats van de voorgenomen verhoging van 7,5% gespreid over drie jaren zou het gaan om een verhoging van 10% ineens in 2023. Deze maatregel levert de minimumloners uiteraard meer financiële armslag op, maar de lasten zijn voor de werkgevers. Ook de AOW en de bijstand gaan overigens omhoog. Deze uitkeringen zijn immers gekoppeld aan het minimumloon.

Lagere accijns brandstoffen blijft
De lagere accijns op brandstoffen blijft waarschijnlijk van kracht tot 1 juli 2023, daarna blijft de verlaging nog voor de helft in stand.

Energiebelasting omlaag
Volgens de uitgelekte verwachtingen wordt de btw op energie vanaf 1 januari 2023 wel weer verhoogd naar het oude niveau van 21%, maar de energiebelasting, de heffing op gas en stroom, wordt fors verlaagd.

Inkomstenbelasting omlaag, arbeidskorting omhoog
Het kabinet lijkt ook voornemens het tarief van de eerste schijf in de inkomstenbelasting in 2023 te verlagen. Dit tarief bedraagt nu nog 37,07% en zou verlaagd worden naar 37,05%. Door het tarief verder te verlagen, treedt voor iedereen een koopkrachtverbetering op. Ook de arbeidskorting gaat waarschijnlijk omhoog. Die bedraagt nu nog maximaal € 4.260.

Verhoging toeslagen
Verder gaan ook de huur- en zorgtoeslag en het kindgebonden budget omhoog. Naar verluid is dit voor de zorgtoeslag eenmalig, met ruim € 400 per jaar. Voor de huurtoeslag is het structureel en zou het gaan om een verhoging van ruim € 200 per jaar.

Overige uitgelekte plannen
De uitwonende beurs voor studenten wordt volgens verschillende media in 2023 en 2024 verhoogd. Ook krijgen kwetsbare huishoudens in 2023 weer een energietoeslag van rond de € 1.300.

Waar worden deze koopkrachtverbeteringen deels mee betaald?

Vennootschapsbelasting naar 19%
Het tarief van de eerste schijf in de vennootschapsbelasting wordt waarschijnlijk verhoogd van 15 naar 19%. Eerder was al besloten dat de eerste schijf vanaf 2023 loopt tot  € 200.000 van de winst, in plaats van tot € 395.000 zoals in 2022.

Versnelde afbouw zelfstandigenaftrek
Het lijkt erop dat de zelfstandigenaftrek nog sneller zal worden afgebouwd dan eerder al besloten. Hoe en in welk tempo is nog niet bekend.

Overdrachtsbelasting nog verder omhoog
Bedrijven en vermogenden gaan nog meer belasting betalen bij de aankoop van panden. De overdrachtsbelasting voor niet-woningen, zoals voor kantoorpanden en vakantiehuisjes, zou al verhoogd worden van 8 naar 10.1% in 2023. De media melden nu een nog verdere verhoging naar 10.4% in 2023. Hierdoor moet vanaf 2023 bij de aankoop van deze panden 30% meer aan overdrachtsbelasting worden betaald.

Tarief box 3 omhoog
Daarnaast betalen ook vermogenden straks een deel van de rekening. Dit krijgt gestalte door het tarief in box 3 over inkomen uit sparen en beleggen in stappen te verhogen van 31 naar 34%. Dit betekent per saldo dat de te betalen belasting met bijna 10% stijgt. Om de kleine spaarder te ontzien wordt waarschijnlijk wel het heffingsvrije vermogen verhoogd van € 50.000 naar € 57.000.

Afschaffen doelmatigheidsmarge gebruikelijk loon
Er lag al een plan om de zogeheten doelmatigheidsmarge van het gebruikelijk loon te verlagen van 25% nu naar 15% vanaf 2023. Volgens bronnen is nu het plan om de doelmatigheidsmarge helemaal af te schaffen. Dat betekent dat de hoogte van het loon van de dga vanaf 2023 niet meer vergeleken kan worden met 75% van het loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking, maar met 100%.

Energiebedrijven extra belast
De winst van energiebedrijven zal extra worden belast via een verhoging van de zogenaamde mijnbouwheffing.

Let op! Het betreft hier uitgelekte plannen, ontleend aan berichten in de media. Wat de daadwerkelijke plannen zijn, wordt echter pas op Prinsjesdag bekendgemaakt. Daarna moeten deze plannen dan ook nog door de Tweede én Eerste Kamer worden aanvaard. Een en ander is dus nog zeker niet definitief.

Deel dit bericht:

Geef een reactie